Dagboek van een huisoppas #4: Oostenrijk

Een grote boerderij met op de achtergrond bergen met een mengeling van naaldbos en oranje lariksen. Dat was wat ik zag toen mijn navigatie aangaf dat ik mijn bestemming bereikt had. Het is het huis van de vrouw die mij gevraagd heeft hier te komen oppassen terwijl zij in het buitenland verblijft. Haar 81-jarige vader woont ook in het grote huis en stelt gezelschap op prijs. Er zijn nog twee mensen via Workaway, die me de eerste dagen op weg gaan helpen en dan naar Nederland vertrekken. Ik heb de mensen met wie ik tijdelijk ga samenwonen nog nooit gesproken, dus ik weet niet wat te verwachten. Gelukkig valt het allemaal reuze mee en voel ik me er direct thuis.


Gebarentaal en verduitst Nederlands

Pas in de auto, halverwege Duitsland, kwam ik tot de ontdekking dat mijn nieuwe huis enkel Duits/Oostenrijks spreekt. Ergens logisch, voor een Oostenrijker, maar met zijn dochter sprak ik Engels en ik ging er vanuit dat hij dat dan ook op dat niveau zou kunnen. Nee dus. Gelukkig heb ik al aardig wat winters in Frankrijk doorgebracht zonder een woord Frans te spreken, dus ik kan de schaamte wel aan. Waar ik de eerste dagen liever niet sprak dan dat ik Nederlands-Duits brabbelde, klets ik na twee weken fulltime Paulien-Duits. Steeds mijn telefoon met Translate erbij pakken vind ik zo ongezellig, dus ik probeer maar wat. Soms met de nodige verwarringen en miscommunicaties tot gevolg (heb ik het over mijn pizza, heeft hij het over de kippen bijv.), maar hij heeft engelengeduld. Echte verwarring ontstaat pas als hij me belt en we geen gebruik kunnen maken van gebaren. Denk ik dat hij wat mankeert, blijkt hij alleen bezorgd te zijn over mijn solowandeltocht en even in willen checken of ik de parkeerplaats gevonden heb. Ach, als je tien keer zo lang over een gesprek doet als in het Nederlands, dan raak je niet snel uitgepraat.


Sneeuw!

Op een ochtend trek ik mijn gordijnen open om sneeuw op de heuvels te zien liggen. Ik voel me een beetje als een kind dat wakker wordt en zich realiseert dat het haar verjaardag is. Mijn huisgenoot besluit me op een rondrit te trakteren, zodat ik de omgeving kan leren kennen. We rijden door de dorpen in de omgeving, die 's zomers en 's winters gezellig druk zijn. In deze tussenperiode is het er behoorlijk uitgestorven. Of misschien zijn de mensen allemaal de bergen in gereden, want bij de Prebersee is het stukken drukker. De oevers van het prachtige bergmeertje zijn bedekt met sneeuw en op de achtergrond is net een stuk berg te zien. Dat mijn chauffeur zo afgeleid wordt door het uitzicht dat hij op de linker weghelft rijdt en bijna een andere auto van te dichtbij bekijkt, mag de pret niet drukken. Onderweg naar huis zet hij de auto regelmatig aan de kant om me te leren welke naam bij welke bergtop hoort. Een prima eerste kennismaking met deze regio in Oostenrijk! 


Eens een flirt...

Op mijn derde of vierde avond laat mijn huisgenoot mij foto's van vroeger zien. Een knappe jonge man met een uitdagende grijns. 'Hij is dol op vrouwen,' zo had zijn dochter me al verteld, en ik kan me helemaal voorstellen wat een flirt de man vroeger was. Of nou ja, vroeger... 'Als ik 40 jaar jonger was, dan wist ik het wel,' vertelt hij me terwijl ik met een rood aangelopen hoofd in mijn oude pyjamabroek houtblokken sta te stapelen. Inderdaad, heeeeel charmant. Waar ik het Nederlands een gevatte opmerking zou maken, kan ik hier niet veel anders dan een gekke bek trekken en verdergaan met mijn leven.

Delicatesse: warme kwark met zure room

Een bak kwark, een kuip zure room en een klots water in de pan. Halve kilo komijnzaad erbij. Koken tot 't bijna wegvliegt en tussendoor steeds even proeven. Lepel in de pan, vloeistof opslurpen, lepel aflikken en lepel weer in de pan. En dat nog 50 keer herhalen tot het prutje uhhh 'lekker genoeg' is. Ja ja, mijn huisgenoot weet hoe je je gasten culinair verwend. Ik weet inmiddels dat ik pas rust heb als ik mijn ideeën over hygiëne even aan de kant zet en een hapje neem van de culinaire verrassing van de dag. Deze soep smaakte naar wasmiddel met azijn. 'Ganz speziales' leek mij geen belediging. Wel spoelde ik het middel weg met een halve liter ijskoud water. Met enige moeite wist ik hem te weerhouden om geen hele kom met deze lekkernij voor me te vullen. Na twee dagen op het aanrecht staan en regelmatig opnieuw opgewarmd worden, is de soep uiteindelijk echt op. Ik kan er veel van vinden, maar misschien is dit dé manier om na je 80e nog zo fit te zijn als deze man?


'Ist nicht kaput'!

Op een zonnige dinsdagmiddag besluit ik mijn huisgenoot op het erf te helpen. Een boom schuift steeds verder de helling af richting de dieperliggende rivier. De huisgenoot heeft bepaald dat de boom dood moet, dus gewapend met een kettingzaag, een bijl en de trekker met kettingen vertrekken we naar ons slachtoffer. Na een hoop gezaag en gesjor waarbij ik vooral toe stond te kijken en voor mijn leven vreesde omdat ik niet snapte welke kant de boom op ging vallen, lag de boom eindelijk om. Klusje geklaard, trekker terug naar de schuur. Laat ik die meid eens een plezier doen met een ritje op de trekker, moet mijn huisgenoot gedacht hebben. Met slangenmens-moves belandt ik achter het stuur. Er is te weinig plek voor twee, maar de huisgenoot wijst me het gaspedaal aan en moedigt me aan om te gaan rijden. 'Ich bin wie Max Verstappen' zeg ik trots na mijn eerste rondje, terwijl hij de handrem er ietwat laat nog even vanaf haalt. Oeps. Hij loopt vervolgens naar de schuur, terwijl ik nog een rondje rijdt. Dan bedenk ik me dat ik niet weet hoe te remmen, behalve met de handrem. Het pedaal dat ik probeer is vast voor iets anders, concludeer ik als de trekker niet afremt. Ik krijg niet goed gecommuniceerd dat ik niet snap hoe te remmen, dus ik rijd nog maar een rondje. En nog een. Dan staat de huisgenoot klaar om de trekker weer over te nemen en denk ik: oh shit, rijd hem niet aan! Ik laat de motor afslaan (dat lukt me dan weer wel) en zeg trots: 'ist nicht kaput'. Hij: 'Gott sei Dank'. Ik vermoed dat dit mijn laatste trekkerritje op dit terrein was.


Het dagelijks leven

Het liefst zou ik hele dagen in de bergen rondom het huis doorbrengen. De realiteit is echter dat ik momenteel meer dan fulltime werk aan een groot project, mijn vaste schrijfopdrachten en Outdoor Inspiratie. Vijf dagen per week zit ik veel achter de computer, waarbij ik 's morgens vroeg of aan het eind van de middag een wandeling maak. Ontbijten en dineren doe ik samen met mijn huisgenoot, waarbij we elk onze eigen maaltijden maken (ik geen warme kwark, hij geen vega worstjes). In mijn lunchpauze kijk ik bij de kippen en zit ik op het bankje met uitzicht op de bergen te eten. Tussendoor help ik mijn huisgenoot in huis of in de tuin. 's Avonds compenseer ik onder een fleecedekentje voor die uren. Zo heb ik in de twee weken die ik hier ben fijne routines opgebouwd, met in het weekend hele dagen buitenspelen. Ik ben benieuwd wat de komende vier weken gaan brengen!