
Het Ziltepad: solo bezinningstocht langs de Waddenkust
Nederlands nieuwste langeafstandswandelroute is een 250+ kilometer lang pad van kerk naar kerk aan de Waddenkust. Het Ziltepad heeft ‘bezinning’ als thema en maakt daarbij gebruik van weidse landschappen en unieke overnachtingsopties in kleine dorpjes. Deze verrassende route is een initiatief van de Groninger Kerken en Stichting Alde Fryske Tsjerken, in samenwerking met Visit Wadden Het Ziltepad is heel geschikt om solo te wandelen en is ook voor wie niet religieus is. Ik nam een voorproefje en wandelde drie dagen over het Noord-Groningse deel van de route.
(scrol naar beneden om direct naar de praktische info te gaan)
Persoonlijk verslag: 3 dagen solo op Het Ziltepad
‘Neem de tijd om stil te staan bij je innerlijke motivaties en verlangens voor de reis. Waarom wil ik deze wandeling maken? Wat hoop ik te vinden of te bereiken tijdens deze wandeling?’ Het bezinnen begint direct op het startpunt. Ik sta in de stille kerk van Losdorp, op dat moment het meest oostelijke punt van Het Ziltepad. Het Ziltepad-meditiatiegidsje nodigt me uit om een intentie te zetten. Ik hoef er niet lang over na te denken: ik wil onderzoeken hoe ik duurzamer om kan gaan met stress in mijn leven en de vloedgolf van emoties die daarmee samengaat.
Wierden: vluchtheuvels bij overstroming
Een gure wind trekt aan mijn haar en jas. Dikke wolken blokkeren veel van het zonlicht. Beschutting is er niet, hier tussen de akkers en velden. Hoewel… daar aan de horizon zie ik het kerktorentje van wat volgens de Ziltepad-kaart Godlinze moet zijn. Het valt me op dat ik licht heuvelop moet lopen om bij de kerk te komen. Dat is ongebruikelijk in Groningen, en ik raadpleeg de routegids. ‘De wierde ontstond rond de tweede eeuw voor Christus’. Een door verre voorouders aangelegde heuvel waar ze droge voeten konden houden. Er waren nog geen dijken, de zee had vrij spel en de golven rolden bij ruig weer diep de provincie Groningen in.
De kerken van de dorpen staan vaak op zo’n wierde en boden met hun dikke muren bescherming tegen de elementen. Ik zie het voor me: donkere lucht, gierende wind en het geklots van golven. Binnen de dikke muren van de kerk is het droog, wordt het onheilspellende geluid gedempt en voel je de warmte van je dorpsgenoten. Vele eeuwen later zit ik ook in een kerk te schuilen. Tegen de wind, en tegen de drukte in mijn hoofd. De stilte is bijna tastbaar, het licht is zacht en de gedachte dat hier al tientallen generaties voor mij stormen werden uitgezeten, kalmeert me.
Mijn voetstappen klinken ritmisch op het asfalt als ik door het weidse landschap richting Uithuizermeeden loop. Het is alsof mijn gedachten langzamer gaan, hier in de prikkelarme, grote leegte. Misschien heb ik een wierde nodig, een plek waar ik droge voeten houd als grote golven emoties tegen mijn schenen rammen. Met op die wierde een stevig bouwwerk om me te beschermen tegen de elementen. Ik heb al vijf jaar geen vaste woonplek en ben altijd op reis: misschien is het toch tijd om me ergens te settelen en een fijne schuilplek voor mezelf in te richten?
Op uitgeputte aarde kan niets groeien
In Uithuizermeeden ben ik uitgenodigd bij de Eemstuin. Omgeven door grijze akkers ligt een groene oase, de biodynamische tuin van Liz en Jouke. ‘Ik luister naar wat de tuin nodig heeft,’ vertelt Liz me als ze me rondleidt. ‘Zie je de akker van de buurman? Die is heel droog nu er zo weinig regen valt.’ Ze pakt een handje aarde uit haar tuin. Duidelijk vochtig, met dunne witte worteltjes en stukjes in diverse kleuren bruin. ‘Hier zit veel voeding in,’ en dat blijkt uit hoeveel groente er groeit.
Er worden geen middelen gebruikt die de natuurlijke balans verstoren en in de ‘no-dig-tuin’ wordt niet gewroet of geploegd. Elk plantje wordt door vrijwilligers met aandacht behandeld. Alles lijkt in balans en de plantjes groeien als kool. Het hele jaar door verkoopt Liz gezonde groenten, zelfs in de winter. ‘Dan hebben we een andere manier van oogsten. We plukken dan niet de hele plant, maar snijden een paar stengels. Zo heeft de plant de tijd om te herstellen.’
Liz gaat de keuken in om een maaltijd voor me te bereiden. Ik ga aan een picknicktafel voor hun ecologische Huis voor de Aarde zitten. ‘Wees stil en luister’ staat er op de gevel. Ik luister naar de tjiftjaf en de pimpelmees die elkaar proberen te overstemmen. En ik luister naar mijn gedachten. ‘Op een uitgeputte aarde kan niets groeien’, ‘continu ploegen maakt de grond minder weerbaar tegen droogte’ en ‘niet de hele plant plukken, maar stengels, zodat de plant kan herstellen’ schrijf ik in mijn dagboek. Ik ben natuurlijk geen plant, maar deze tuinderslessen lijken ook voor mijn energievoorraad te gelden. Ik verteer die inzichten onder het genot van een onkruidsalade en verwarmende curry.
Dijken om de golven buiten te houden
Na een nacht in bed & breakfast Lentemaheerd, start ik aan de 16 kilometer naar de volgende Ziltepad-kerk. Uitgestrekte vlaktes, een statig landgoed en de bewoonde wereld van Uithuizen wisselen elkaar af. Het valt me op dat mensen me hier niet alleen groeten, maar zelfs een praatje aanknopen. Over de magnolia met de mooie bloesem, over mijn wandelplannen of over het inmiddels zonnige weer. Ik vind het fijn om alleen te lopen en me sociaal terug te trekken, dat helpt bij het leggen van puzzelstukjes in mijn brein. Maar het is een fijn idee, dat ik op elke straathoek met iemand kan verbinden als ik dat zou willen.
Richting het noorden zie ik een dijk liggen. Die dijk heeft wierden overbodig en landbouwen mogelijk gemaakt. De boeren en niet de elementen zijn hier nu de baas. Zij bepalen of er bloembollen of uien groeien. Met sluisjes, gemalen en sproeiers controleren ze hoeveel water de planten krijgen. Het resultaat is zoveel mogelijk groenten, granen en bollen.
Langs de weg naar Usquert schrijf ik: ‘misschien moet ik dijken aanleggen om de elementen buiten te houden. Dan heb ik ook geen wierde of bouwwerk nodig en heb ik controle over wat er wel en niet van mijn energievoorraad snoept.’ Hoe dit er in de praktijk uit moet zien, weet ik niet. Ik heb in het verleden geprobeerd ‘harder te worden’, maar dat was als een dijk met tweehonderd gaten proberen waterdicht te houden met een pakje zakdoekjes.
‘Je zit al helemaal in Het Ziltepad’
Ik bel in Usquert aan bij huisnummer vijf. Een vriendelijke man doet open en overhandigt me de sleutel voor de kerk. Ik zet de Ziltepadstempel en neem plaats op een van de bankjes. Mijn hoofd is stiller dan gisteren, toen ik aan mijn avontuur begon. Het voelt alsof ik vlakbij een antwoord ben, maar het nog net niet vast kan grijpen.
‘Vond je hem mooi?’ vraagt de meneer van nummer vijf. ‘Uhh… nou mooi, hij is wat sober?’ antwoord ik onzeker. ‘Maar ik houd van de stilte in de kerk. En van de geur. En van het geluid van mijn schoenen op de stenen’. Hij knikt. ‘Mijn oudste zoon gaat soms in de kerk zitten als hij het te druk heeft met school.’ Ik antwoord dat ik dat wel snap, en gisteren ook de tijd vergat terwijl ik in de kerk voor me uit zat te staren. Hij lacht. ‘Je zit al helemaal in Het Ziltepad.’ Hij vraagt waar ik woon. Ik ben al vijf jaar onderweg, vooral aan het wandelen. ‘Jouw leven is net een groot pelgrimage,’ antwoordt hij begripvol.
Ik logeer in de Boeddhawierde, het thuis van Triratna-boeddhist Silavadin. Hoe een boeddhist tegenover de kerk op een wierde in the middle of nowhere in Groningen terechtkomt? Hij was begin dertig en wist niet goed wat hij met zijn leven wilde. ‘Ik nam de trein naar Usquert om naar zee te gaan en liep langs deze voormalige leerlooierij die te koop stond. Ik had net een erfenis gekregen en kocht het.’ Ik dineer met hem en zijn schoonzoon in de tuin. Ik weet weinig van boeddhisme en ik ken deze mensen nog geen uur, maar ik voel me er helemaal op mijn plek.
De ruige rand van het noorden
Het is een zonnige avond. Ik weet dat de kwelder van Noordpolderzijl vijf kilometer verderop ligt en voel me daardoor te rusteloos om op bed te gaan liggen. De ruige rand van het noorden heeft een onweerstaanbare aantrekkingskracht op me. Ik mag de fiets van Silavadin lenen en trap tegen de wind in naar de dijk. Ik dump de fiets tegen een hek en snelwandel naar boven. Een diepe inademing haalt mijn favoriete geur naar binnen: die zilte van het Wad. De wind trekt mijn haren uit mijn staart, de zon baadt het taaie gras in oranje licht en boven mij klinkt het gegak van honderden ganzen. Hier ben ik thuis.
Als tiener voelde ik al die trek naar de zee, telkens wanneer ik me overweldigd voelde. Als een therapeut me in de afgelopen vijftien jaar vroeg om aan mijn happy place te denken, dacht ik aan de kust. Hier zijn de elementen de baas. De getijden bepalen of het kleine zeehaventje droog ligt, of de slenken zich vullen met water en of het groen een zoute douche krijgt. Zou je aan de rand een dijk bouwen, dan was al deze ruige schoonheid er niet. No way dat ik een dijk ga bouwen om alle golven van emoties buiten te houden. In die overstromingen zit ook een schoonheid, een natuurlijke schoonheid die zo oud is als de aarde zelf.
Overgeleverd aan de Waddenkust
Daar waar ik ‘s avonds de zon in zee zag zakken, zie ik ‘s morgens weinig. Een dichte mist hangt boven de kwelder. Een compleet andere ervaring, maar net zo mooi. Ik wandel door het vochtige gras over de dijk. Links zijn de boeren de baas, rechts de natuur. Links hoor ik trekkers, rechts een koor van scholeksters, tureluurs en ganzen. De mist trekt langzaam op en de zon warmt de lucht. Ik trek laagje na laagje uit tot de wind zachtjes door mijn armhaartjes blaast. Ik ga op de asfaltstrook langs de kwelder lopen, waarbij de dijk mijn uitzicht op de akkers beperkt. Nu zie ik geen mens en voel ik me helemaal alleen, overgeleverd aan de Waddenkust. En het voelt fantastisch.
Ik verlaat de dijk voor mijn derde Ziltepadstempel en een lunch in Pieterburen. Waar de meeste wandelaars hier richting Maastricht wandelen, kan ik niet wachten om weer naar de dijk te gaan. Ik verlaat hem pas weer ter hoogte van Hornhuizen, waar ik door geurige gele bloemenvelden naar het dorp begeleid wordt. De kerktoren is geel en lijkt op die van een vuurtoren. Niet heel vreemd, want de kerktorens op de wierden waren vroeger ook bakens voor zij die op boten de golven trotseerden. Het zijn de kerktorens die het levensverhaal van het noorden van ons land vertellen. Dat van gemeenschap, religie, strijd tegen het water en weten waar je thuishoort en waar je heen moet.
Een netwerk van bakens
In Hornhuizen zet ik de vierde stempel in mijn Ziltepad-boekje. Er zijn nog zo’n 17 lege stempelvakjes, die ik in de toekomst nog wil vullen met stempels, inzichten en herinneringen. Tegenover de kerk staat een lichtblauw gebouw met ‘Wongema’ op de gevel. In deze ontmoetingsplek voor mensen van dichtbij en ver weg ontmoet ik herbergier-for-the-weekend Emilie. Ze wijst me een van de eenpersoonskamers met uitzicht op de kerk op het middelpunt van de wierde. Ik dineer met twee andere gasten, Emilie, beheerder Belina en kok-for-the-weekend Guusje in de avondzon. Ik luister naar levensverhalen en leer over het dorp (‘kijk daar gaat Jurre, onze eierboer’). Ik voel me verbonden met mensen die twee uur geleden nog vreemden waren, maar dat verrast me allang niet meer. Het Ziltepad is net zo goed wandelen van bijzondere ontmoeting naar bijzondere ontmoeting als van kerk naar kerk.
Het Ziltepad is net zo goed wandelen van bijzondere ontmoeting naar bijzondere ontmoeting als van kerk naar kerk.
Na het avondeten geeft Belinda me de sleutel van de kerk. Ik beklim de smalle wenteltrap en ladders en duw het luik naar het topplateau open. Vanaf het hoogste punt van de toren kan ik over het omliggende land uitkijken. De Waddenzee aan de horizon en een netwerk van kerktorens in het binnenland. Misschien hoef ik niet één plek te zoeken om mijn veilige haven te maken. Ik heb al een netwerk van bakens op wierden, plekken waar ik kan schuilen tegen de storm die soms door mijn leven raast. De casa in de Spaanse bergen waar ik een paar maanden woonde, de kamer bij vrienden in Schotland waar ik vijf maanden woonde, mijn vaste kattenoppasadres in Groningen… En nu de accommodaties langs Het Ziltepad waar ik met open armen ontvangen werd. Ik ga blijven wandelen daar waar de elementen de baas zijn en ik me het meest levend voel.
En als er een storm komt en ik meegesleept dreig te worden, kan ik op pelgrimstocht en schuilen tussen de muren en mensen op een van mijn wierden.
Zelf Het Ziltepad wandelen: zo doe je dat
Ziltepad in etappes
Het Ziltepad heeft op het moment van schrijven 15 etappes van 15 tot 25 kilometer tussen Stroe en Losdorp. De langste etappes kan je vaak goed in tweeën delen als ze te lang voor je zijn. Alle etappes staan op de Ziltepad-informatiepagina. Er worden de komende jaren nog etappes toegevoegd.
Net als veel mensen het Pieterpad in stukjes verspreid over een jaar of meerdere jaren loopt, kan je ook Het Ziltepad opdelen in meerdere stukken. Veel pleisterplaatsen zijn met het openbaar vervoer bereikbaar. Dat geldt niet altijd voor de kerken in kleine dorpjes. Zoek dat van tevoren uit met 9292.nl en gebruik waar nodig een belbus of taxi.
Kom je met de auto? Parkeer hem op het eindpunt van je etappe en reis met het openbaar vervoer naar het startpunt. Zo loop je veel meer zen dan als je moet marcheren om op tijd te zijn voor de laatste bus terug naar je auto.
Navigeren over Het Ziltepad doe je zo
Omdat de route nog steeds uitgebreid wordt, is er nog geen routegids van Het Ziltepad beschikbaar. Tot die gids in de winkels ligt, zijn er gratis etappeboekjes per pleisterplaats beschikbaar. Deze kan je in de kerk van de desbetreffende pleisterplaats ophalen of downloaden via de website. Zeker doen, want hierin staan een kaart, route-instructies en interessante informatie over de plekken die je tegenkomt. Op de website staat een handige interactieve kaart met daarop de etappes. Hiermee kan je ook onderweg navigeren.
Je kan per etappe ook een GPX-bestand downloaden om in je favoriete routeapp (zoals Komoot) of navigatieapparaat te laden.
Het Ziltepad heeft geen eigen markering, maar maakt gebruik van het wandelknooppuntennetwerk. Op de kaart in de routegids staan de knooppunten langs de etappe gemarkeerd.
Tip: download altijd het PDF-bestand of het gpx-bestand, want het kan zijn dat de routefolders in een kerk net op zijn.
Check voor vertrek of er (tijdelijke) routewijzigingen zijn. Gebruik daarvoor de interactieve kaart op de website waarnaar ik onderaan dit blog link.
Ook leuk: circulaire dagwandelroutes
Er zijn rondwandelingen uitgezet vanaf elk van de deelnemende kerken. Deze wandelroutes overlappen niet of heel minimaal met de etappes van Het Ziltepad. Ze zijn 15 tot 25 kilometer lang en een mooie uitdaging voor een dagwandeling. Ook deze routes staan op de kaart in het gidsje dat bij de pleisterplaats hoort.
Solo of samen?
Als je echt even helemaal wilt bezinnen en tot jezelf wilt komen, raad ik je aan om de route solo te wandelen. Dat deed ik ook en dat voelde goed. Bang voor eenzaamheid hoef je in ieder geval niet te zijn, want de noorderlingen zijn zo vriendelijk en behulpzaam. Als je, net als ik, bij mensen thuis overnacht, krijg je sociaal contact er gratis bij. Je kan de route natuurlijk ook heel prima samen met iemand wandelen.
Veel verhard wandelen
Ik deel meestal routes over zoveel mogelijk onverharde paden, dus ik vind het belangrijk om te vermelden dat Het Ziltepad grotendeels over asfalt of beton loopt. Her en der kan je wat van de route afwijken en een bos- of graspad nemen. Draag schoenen met goede demping en doe je wandeltraining vooraf ook al grotendeels op harde ondergrond. Je loopt nergens over een drukke weg en veel wegen hebben een brede berm.
Honden zijn op sommige stukken niet welkom
Wil je Het Ziltepad met de hond lopen? Houd er rekening mee dat honden op delen van de route niet welkom zijn. Dat geldt vooral voor de dijk, zoals die tussen Noordpolderzijl en Hornhuizen. Daar lopen schapen met lammeren. Je kan voor die stukken eventueel een alternatief door het binnenland uitzetten.
De beste tijd om Het Ziltepad te wandelen
Je kan de route het hele jaar door wandelen, zeker als je je kleding aanpast aan de weersverwachting. Een winddichte (regen)jas en eventueel broek is geen overbodige luxe. Het Ziltepad loopt veel tussen akkers en weilanden. Houd je van groene landschappen? Dan ga je het beste tussen mei en oktober op avontuur.
Verzamel fotogenieke stempels in je stempelboekje
Ik ben dol op stempels verzamelen. Het Ziltepad heeft een eigen stempelboekje, dat in de Ziltepad-kerken voor je klaar ligt. In elk van die kerken ligt een unieke stempel waarmee je het stempelboekje kan vullen.
Let op: in de winterperiode tot april zijn de kerken niet elke dag open. Neem contact op met de beheerder van de kerk om te voorkomen dat je voor een dichte kerkdeur komt te staan.
Tip: luister naar de podcast
Bij elke deelnemende kerk hoort ook een podcastaflevering. Bij de kerk hangt een qr-code die je kan scannen om direct naar de relevante aflevering te gaan. Je kan de hele playlist op Spotify vinden. Ik vond het heel leuk om de korte afleveringen vlak voor het binnenlopen van het bijbehorende dorp te luisteren.
Lekker eten
Op de Ziltepad-pagina van elke pleisterplaats staan tips voor horeca langs de route of op het eindpunt. Je loopt veel door afgelegen gebied, dus neem altijd voldoende maaltijden, snacks en water mee.
Overnachten langs Het Ziltepad
Op de officiële informatiepagina staat bij elke etappe getipt waar je fijn kan overnachten. Ik logeerde langs mijn etappes in de bed & breakfast van Lentemaheerd in Uithuizermeeden, in het retraitecentrum van de Boeddhawierde in Usquert en in herberg Wongema in Hornhuizen. Allemaal aanraders, zeker als je van verrassende locaties en mensen houdt.
Slapen in een kerk
Extra speciaal zijn de logeeradressen in de kerken van onder meer Foudgum, Hiaure, Sint Jacobiparochie en Oostrum. Deze logeerplekken zijn vrij basic: je slaapt op een stretcher en er is alleen koud water, maar wel een toilet. Controleer of je zelf een slaapzak mee moet nemen. Kom niet zomaar aanwaaien, maar neem van tevoren contact op met de vrijwilligers.
Vrienden op de fiets
Je kan ook zoeken naar adressen via Vrienden op de Fiets, waarbij je bij locals thuis slaapt. Hoewel de naam van het platform anders doet vermoeden, ben je hier ook als wandelaar welkom. Je overnacht bij deze adressen voor 25 euro p.p.p.n. incl. ontbijt. Je moet lid zijn van het platform en dat kost 7,50 euro per kalenderjaar.
Kamperen
Op meerdere plekken langs de route liggen campings. Deze vind je het makkelijkst via Google, hoewel een aantal van de campings bij In het Groen aangesloten zijn. Niet elk etappe-eindpunt heeft een camping, maar kijk daar vooral of er een Campspace of een Welcome to my Garden-adres is.
Tip: kom je er niet uit met accommodatie op het eindpunt van je etappe? Kijk of er een logeeradres binnen een straal van 10 kilometer van het dorp is. Veel eigenaars van bed & breakfasts vinden het geen probleem je op te halen en de volgende ochtend weer terug te brengen.
Tip: blijf twee nachten
Boek twee nachten op een logeeradres om de ene avond uit te rusten van je lineaire wandeletappe. Gebruik de tweede dag om de rondwandeling vanaf de kerk te lopen en de omgeving nog beter te leren kennen.
Dit heb je nodig onderweg
Je ziet mij op de foto’s met een vrij grote tas lopen. Dat is niet nodig, maar ik heb met mijn nomadische leefstijl geen ruimte voor meerdere rugzakken. In principe heb je aan een dagwandelrugzak met een inhoud van rond de 30 liter genoeg. Neem daarin sowieso mee:
- waterfles of waterzak
- snacks voor onderweg
- lunch
- zonnebrandcrème en eventueel een pet of hoed
- handschoenen, sjaal en muts als je kou verwacht
- regenkleding
- wandelschoenen, het liefst met wat demping omdat de route grotendeels verhard is
- oortjes of koptelefoon om onderweg de podcast te beluisteren
- laagjes kleding - afhankelijk van welk weer je verwacht
- toiletspullen
- notitieboekje en pen om onderweg een dagboek bij te houden
- oplader voor elektrische apparaten
- powerbank (zeker als je met je telefoon navigeert)
Slaap je in accommodaties? Dan is er meestal een handdoek, shampoo en douchegel aanwezig. Bij accommodaties waar je kan ontbijten kan je tegen meerprijs vaak ook lunch meenemen.
--> Alle informatie over Het Ziltepad en de meest recente updates over de etappes vind je op www.hetziltepad.nl